De gevel van het Hotel Aubecq

Hotel Aubecq was een van de fraaiste realisaties van Victor Horta, zowel wat betreft het bouwwerk zelf als de relatie die de architect onderhield met zijn bouwheer, Octave Aubecq. Aubecq was autoritair en duldde geen tegenspraak, Horta was koppig en gewiekst. De twee mannen konden het uitstekend met elkaar vinden!

De gevel is een waar meesterwerk. Aan de rechterzijde niet aangebouwd, vertoont hij een ongebruikelijke gevelontwikkeling. Geen metalen balken meer, zoals voordien, maar wel blauwe hardsteen uit Wallonië, vakkundig opgehoogd met grijze en rode graniet. Duurzame materialen die bestand zijn tegen de tijd, maar die ook een erg grote handvaardigheid vereisten van de steenkappers omwille van de complexiteit van de vormen en het lijstwerk. Het resultaat was overweldigend: barok getint en expressief toont de gevel zijn krachtige esthetiek. 

Het herenhuis werd, compleet met al het door Horta ontworpen meubilair in 1948 verkocht aan particulieren, geïnteresseerd in vastgoed. De meubels werden nadien doorverkocht en raakten verspreid over diverse publieke en privéverzamelingen. Toen de minister van Openbare Werken op de hoogte werd gebracht van de nakende afbraak, maakte hij de nodige middelen vrij om een gedeelte van de gevel te ontmantelen en op te slaan. Zo begon een lange zwerftocht voor de 650 stenen, die later nog zes keer vervoerd werden, van braakliggende terreinen naar stapelplaatsen. In 2001 erfde het Brussels Hoofdstedelijk Gewest deze vergeten fragmenten, overblijfselen van een prestigieus erfgoed.

Maar wat doen we er nu mee? Dat is de vraag die als een rode draad door deze tentoonstelling loopt en het onderwerp uitmaakt van een reeks lezingen.